HET GEHEIM VAN HET KERKHOF

 

Het spookte al enige tijd op het kerkhof van Virginia City. Niemand wist hoe of wanneer het begonnen was maar het was wel het gesprek van de dag.

 

Zo ook op de Ponderosa.

Tijdens het avondeten zei Hoss Cartwright opeens:“Ze zeggen dat het vannacht weer gespookt heeft op het kerkhof.”

“Wow”,  zei zijn neefje Mitch met stralende ogen.

Adam herkende dit en zei direct tegen zijn zoon:“Jij blijft weg van het kerkhof. Vooral ’s avonds en ’s nachts.”

Mitch vroeg verbaasd:“Waarom? Het is toch een openbare plek?”

“Kid, je weet best wel waarom”, zei zijn vader.

Dat was een behoorlijke tegenvaller voor de jongen. Adam had liever gehad dat Hoss er niet over was begonnen waar de jongste telg van de Cartwright familie bij was.

Mitch was nogal avontuurlijk aangelegd en deed soms dingen die veel te gevaarlijk voor iemand van zijn leeftijd waren.

Adam zei:“Jij bezorgt me erg veel grijze haren. Dat deden wij nooit bij opa.”

“Maar papa, dan mag je blij zijn dat je alleen maar voor mij hoeft te zorgen. Anders was je net zo grijs geweest als opa nu. Trouwens opa had toch al grijze haren voordat ik geboren was. Dus dat kan ik niet op mijn geweten hebben”, merkte Mitch droog op.

Ben, Hoss en Little Joe begonnen te lachen om deze opmerking maar Adam niet. Hij wist niets meer te zeggen maar besefte wel dat zijn zoon  gelijk had.

“Toch wil ik dat je wegblijft  van het kerkhof. Vooral ’s avonds en ’s nachts kan het daar erg gevaarlijk zijn. Begrijp je jongen?” vroeg Adam ernstig.

Mitch knikte.

 

Men wist nog niet hoe erg dicht de Cartwrights betrokken zouden raken bij het spook op het kerkhof en een paar nieuwe inwoners van Virginia City.

 

Op school was er een nieuwe leerlinge gekomen. Ze luisterde naar de naam Mary Pearson.  Haar ouders waren pas in Virginia City komen wonen.

 

De eerste dag van Mary op school verliep niet gladjes. Ze kwam uit de grote stad en praatte nogal bekakt. Toen Abigail Jones Mary die ochtend aan de klas voorstelde had Mitch Cartwright al direct een opmerking klaar liggen om die bekend te laten worden.

Zijn lerares zag dat en zei:“Mitch, mond houden.”

De jongen keek vreemd op en zweeg.

 

In de pauze zaten Mitch en Matthew Walker, het beste vriendje van Mitch, tegen een boom. Opeens kwam Mary naar ze toe.

Ze zei tegen Mitch:“Ik mag jou niet. Dus ik eis dat je uit mijn buurt blijft. Mocht je wel bij mij zijn, dan rekent mijn vader met jou af.”

“Blijf dan ook uit mijn buurt. Als er iets met mij gebeurt, dan rekenen mijn pa, ooms en opa af  met degene die mij wat aandoet. En niet te vergeten Cody”, zei Mitch bedaard.

Matthew vroeg:“Waar wonen jullie?”

Mary antwoordde zonder blikken of blozen:“Mijn ouders hebben een huis en een stuk land gepacht van Ben Cartwright.”

“Ben Cartwright zei je? Nou dan zou ik maar heel erg aardig doen tegen mij als ik jou was”, zei Mitch.

“Waarom?”, vroeg Mary nieuwsgierig.

“Wel, toevallig is Ben Cartwright mijn opa”, zei de jonge Cartwright.

“In je dromen”, zei ze bits.

“Als ik van jou droom heb ik een regelrechte nachtmerrie”, was de reactie van Mitch.

Kwaad liep Mary weg. Matthew lag op de grond van het lachen.

“Wat zit je nou te lachen? Ik bedoelde het heel serieus”, zei Mitch droog.

“Dag Mitch Cartwright. Ik ken je al langer dan vandaag”, reageerde Matthew.

“Dat is waar want je kende me gisteren ook al”, was het nuchtere antwoord van Mitch.

Weer moest zijn vriendje hard lachen.

Toen Matthew uitgelachen was zei hij:“Je kende me gisteren ook al dus jij kent me ook al langer dan vandaag.”

De twee vriendjes begonnen weer luid te lachen. Mary zag en hoorde dat en dacht:‘Ze lachen me uit omdat ik beter ben dan zij. Ik krijg ze nog wel. Stelletje boerenpummeltjes.’

 

Tijdens de les in de middag werd Mitch opmerkelijk stiller.

Toen ze tekenles kregen vroeg Matthew zachtjes:“Mitch wat is er?”

De jonge Cartwright antwoordde fluisterend:“Mary zei toch dat haar ouders een huis en een stuk land hadden gepacht van mijn opa? Dat kan helemaal niet.”

“Waarom niet?”, vroeg Matthew verbaasd.

“Omdat ze nooit bij ons thuis zijn geweest om de overeenkomst te tekenen en zich aan ons voor te stellen. We hebben een huis met een stuk land leeg staan en dan moeten zij daar wonen. Ik heb er echt geen andere verklaring voor”, legde Mitch uit.

Matthew vond het ook wel kloppen. Mitch nam zich voor het wel aan zijn vader te vragen bij thuiskomst.

 

Adam, Hoss en Little Joe waren bezig op de ranch terwijl Ben voor de verandering de administratie bijwerkte. Alle vier de jongens waren buitenshuis zodat het rustig was en  de rancher zich beter kon concentreren. Hij wist dat zodra of Hoss en/of Mitch weer thuis was of waren het dan gelijk gedaan was met de rust. Hoewel hij zielsveel van zijn nageslacht hield hoopte Ben dat ze de eerst komende paar uur weg zouden blijven. Plotseling werd er op de deur geklopt. De rancher keek verbaasd op want hij verwachtte zeker geen bezoek.

Hop Sing deed open en de bezoeker vroeg:“Is Mr Cartwright er?”

“Mr Cartwright is er”, zei de kok.

“Het is al goed Hop Sing”, zei Ben direct.

De Chinese kok verdween weer naar de keuken. De rancher stond op en liep naar de deur.

Hij  vroeg:“Ik ben Ben Cartwright. Met wie heb ik het genoegen?”

“Harry Pearson, zakenman in onroerend goed. Mag  ik binnenkomen?”, vroeg de zakenman die in het echt een oplichter van het zuiverste water zou blijken te zijn.

De rancher liet hem nietsvermoedend binnen. Harry bekeek nauwkeurig het ranchhuis van de binnenkant en was zeer onder de indruk.

In de woonkamer vroeg Harry:“Ik ben van plan een aantal huizen te laten bouwen op zeer vruchtbaar land hier in de buurt. Jonge gezinnen kunnen er dan voor een redelijke huurprijs wonen en dan tegelijkertijd het land bewerken. Maar om zoiets in goede banen te laten leiden win ik eerst hier en daar advies in om de nieuwe bewoners netjes te kunnen bijstaan met raad en daad. Mag ik vragen hoe lang u hier al woont Mr Cartwright?”

“Meer dan een kwart eeuw. Ik ben best bereid u te helpen”, antwoordde Ben.

“Ik zal het vastleggen in een contract dat de nieuwe bewoners dan moeten tekenen”, zei Harry.

De rancher knikte.

Beiden konden echter niet vermoeden dat hun samenwerking van  zeer korte duur zou zijn.

Harry zei:“Ik ga maar eens kijken of vrouw en kind al thuis zijn. Mary, mijn dochter van twaalf jaar, moest vandaag voor het eerst naar school.”

“Het is een goede school. Mijn kleinzoon gaat er ook heen”, zei de rancher.

“Hoeveel kinderen heeft u eigenlijk Mr Cartwright?”, vroeg Harry.

“Drie zoons en een kleinzoon”, zei Ben.

“Ik breng u morgen of de dag erna dat contract. Nog een zeer prettige dag verder Mr Cartwright”, antwoordde Harry.

Hij verliet het ranchhuis. Nog even en hij zou de nieuwe eigenaar van de Ponderosa zijn. Bovendien jaagde hij de bewoners van Virginia City de stuipen op het lijf door rond te spoken op het kerkhof.

 

Toen de school uitging zag Mitch Adam al staan.

“Goh, moet het kleine jochie weer opgehaald worden?”, vroeg Mary hatelijk.

Mitch sloeg haar direct in het gezicht en beet haar toe:“Je moet je grote smoel houden trut!”

Adam kwam van zijn paard af en hield Mitch tegen.

“Ophouden allebei. Mitch meekomen naar huis!”, zei Adam streng.

Zwijgend liep zijn zoon mee.

 

Thuisgekomen ging Mitch direct naar zijn kamer. Ben vond dit erg vreemd. Temeer omdat Mitch altijd eerst bij hem zijn verhalen over zijn schooldag kwijt moest.

Ben ging naar buiten en zei:“Adam, wat is er met Mitch? Hij ging meteen naar zijn kamer.”

“Hij sloeg een meisje in haar gezicht. Toen ik tussenbeide kwam en zei dat ze allebei moesten ophouden en Mitch moest meekomen zweeg hij”, antwoordde Adam.

Ben besloot met zijn kleinzoon te gaan praten.

 

Ondertussen zat Mitch in zijn kamer behoorlijk te mokken. Hij was al negen en nog behandelde men hem als een kind van drie. Het werd tijd dat hij er wat van zei. Maar hoe? Ze luisterden nooit echt helemaal naar hem.

 

Een klop op de deur verstoorde zijn gedachtegang. Mitch keek naar de deur die langzaam open ging. Het was Ben Cartwright die binnenkwam.

“Jongen, we moeten even serieus praten”, zei de rancher.

“Waarom? Ik word toch behandeld als een klein kind”, zei Mitch uit zijn humeur.

“Je gedraagt je ook als een klein  kind. Waarom sloeg je iemand op school?”, vroeg Ben.

“Ik sloeg haar omdat ze me een klein jochie noemde dat weer opgehaald moest worden. Ik ben het zat om steeds door iemand gebracht en gehaald te worden”, antwoordde Mitch.

“De redenen waarom dat gebeurt zijn: 1) jij het gevaar niet ziet, 2)Adam je niet vertrouwt en 3) je een Cartwright bent en dan is er meer kans op ontvoering”, legde de rancher uit.

“Als papa mij niet vertrouwt, waarom woon ik hier dan eigenlijk nog?”, vroeg de jongen woest.

“Omdat je nu eenmaal hier woont. Zolang je hier woont doe je wat ik en je vader zeggen”, zei Ben.

Hij wist dat het gesprek op ruzie uitliep zoals  gewoonlijk.

“Jij gaat met mij mee naar haar huis en je maakt je excuses”, zei de rancher.

“Mooi niet. Ze woont met haar ouders in het huis dat al een maand of twee leeg staat. Het is een pachthuis van ons”, zei Mitch wat rustiger.

“Ik wist  niet eens dat het alweer gepacht was. Kom toch maar mee”, zei Ben ongerust.

Opa en kleinzoon verlieten de slaapverdieping en ging naar buiten. Onderweg pakte Mitch zijn koppel en revolver mee.

Daar zei de rancher tegen zijn zoons:“We zijn even weg.”

Mitch wees Ben waar de familie Pearson woonde. Ze kwamen aan bij een pachthuis dat volgens de administratie van de Cartwrights leeg zou staan.

 

In het huis keek Mary uit het raam en zag opeens de Cartwrights komen.

“Moeder, we krijgen visite”, zei ze.

Susan Pearson keek ook naar buiten en zag ze stoppen voor de deur. Ze liep vlug naar de kast en pakte een jachtgeweer. Hiermee ging ze kordaat naar buiten en richtte het wapen op Ben en Mitch. Ze waren net afgestegen.

“Wat komen jullie hier doen?”, vroeg Susan bits.

“Wat doen jullie in dit huis? Het staat op mijn land. Ik heb jullie geen toestemming gegeven om hier te gaan wonen”, zei Ben direct.

“Wij hebben van niemand toestemming nodig om ergens te gaan wonen. Alleen onze regels gelden. Mary, is hij dat joch dat jou sloeg?”, vroeg Susan aan haar dochter.

“Ja”, zei Mary.

Ze wilde hem direct aanvallen maar Mitch trok zijn revolver en richtte het wapen op het meisje. Ben merkte dat zijn manier van handelen ook overgenomen was door zijn kleinzoon.

“Ik geef jullie vier dagen de tijd om weg te gaan of toestemming te vragen om er te wonen”, zei de rancher.

“Morgen brengen”, zei Susan en ze schoot Ben neer.

Hij viel op de grond terwijl Mitch op het geweer schoot. Hierdoor liet ze het wapen vallen. Mary wilde het pakken maar de jongen was net iets sneller.

“Ik zou maar niets proberen meissie! Wij zijn goed bevriend met het gezag”, zei Mitch.

Hij gooide het geweer weg en zei:“Naar binnen en daar blijven totdat wij weg zijn!”

Dat deden moeder en dochter.

Mitch wendde zich tot Ben en vroeg ongerust:“Bent u ernstig gewond?”

“Nee, het is gelukkig maar een schampschot. Help me even overeind”, zei de rancher.

Dat deed Mitch en samen reden ze naar huis terug.

 

Op het erf zagen de jongens direct dat er wat gebeurd was met hun vader. Adam en Hoss hielpen Ben van zijn paard af.

Terwijl ze naar binnen gingen vroeg Little Joe aan zijn neefje:“Wat is er gebeurd?”

“Ik ontdekte bij toeval dat het lege pachthuis bewoond was en is door de familie Pearson. Dus wij erheen. Mrs Pearson schoot opa neer nadat hij gezegd had dat ze eruit moesten”, zei Mitch.

 

Hop Sing verzorgde de wond zo goed mogelijk.

Ben zei tegen zijn zoons:“Mitch zorgde ervoor dat we niet verder gewond raakten. Ik denk dat we hem te lang als een klein kind hebben behandeld.”

“Ik denk het ook”, zei Adam en hij keek trots glimlachend naar zijn zoon.

“Papa, ik wist niet dat je kon denken”, zei Mitch.

Iedereen lachte.

“Ik reageer niet op deze opmerking. Hij mag dan wel al een beetje groot zijn”, begon Adam.

“Maar hij zal toch altijd onze kleine Mitchy blijven”, vulde Hoss plagend aan.

“Ophouden papa en oom Hoss Cartwright!”, zei de jongen protesterend.

Iedereen begon weer te lachen.

“Hap toch niet zo”, adviseerde Ben.

“Ach, ik ben toch veel intelligenter dan jullie drieën bij elkaar”, antwoordde Mitch.

Hier had Hoss geen reactie meer op maar ook hij was trots op zijn neefje. Net als Little Joe. 

 

Het spook op het kerkhof bleef de gemoederen bezig houden. Zo ook Mitch en Matthew.

Op een middag tijdens schooltijd vroeg Matthew:“Ik ga vanavond rond middernacht naar het kerkhof. Ga je mee Mitch?”

De jonge Cartwright wist dat dit verboden was voor hem maar toch zei hij:“Ik ga mee en Cody komt ook mee.”

“Ik ga ook mee”, zei Mary.

“Geen meiden erbij”, zei Mitch direct.

“Waarom niet? Heb jij soms iets tegen het vrouwelijk geslacht?”, vroeg ze erg snibbig.

“Ja. Ik kan ze niet uitstaan en ze zijn altijd zo bangerig”, was het antwoord.

Mary liep weg.

 

Die avond konden Mitch en Cody makkelijk wegkomen omdat er niemand op hen lette. Ze waren bovendien watervlug. Op Caramel reed de jongen en de hond naast zich naar het kerkhof waar Matthew op hen wachtte. Ze wisten dat hun vaders het hen hadden verboden om er te komen maar ze lieten dat verbod gewoon varen. Opeens hoorde Cody een geluid komen en blafte. Mitch trok zijn revolver en ging net als Matthew liggen. Mitch duwde Cody op de grond. Degene die er aankwam was Mary Pearson. Ze ging bij hen zitten terwijl Mitch binnensmonds vloekte om haar bemoeienis. De jongen deed zijn wapen in zijn holster terug. Zeer stil en afwachtend keek het viertal toe.

 

Ondertussen ontdekte men op de Ponderosa dat Mitch en Cody weg waren.

“Hoss en Joe, jullie gaan hen zoeken. Ik heb het sterke vermoeden dat ze op het kerkhof zijn”, zei Adam ongerust.

Ze verlieten het ranchhuis.

“Adam, wees niet kwaad op Mitch als hij komt. Hij is gewoon nieuwsgierig. Bovendien is Cody bij hem”, zei Ben.

“Dat weet ik wel maar hij is nog erg jong”, reageerde Adam.

“Jij was ook zo op die leeftijd”, was het commentaar van zijn vader.

Dat wist Adam zelf ook wel.

 

Plotseling zag het viertal op het kerkhof een witte verschijning tussen de graven. Mary begon hysterisch te gillen.

Matthew zei:“Stil!”

“Mond houden trut”, zei Mitch fel.

Hij hield Cody nog dichter bij zich dan ooit. Mary kreeg een tak met bladeren in het gezicht terwijl Mitch uitgleed en zijn rechterpols verstuikte. Mary rende naar huis terug maar de vriendjes bleven.

“Gaat het Mitch?”, vroeg Matthew op fluisterende toon.

“Jawel. Hop Sing zal het wel verzorgen. Ga jij maar naar huis”, zei Mitch.

Zijn vriendje knikte en ging weg. Een schot volgde en Matthew werd getroffen in zijn rug. Cody begon te blaffen om zijn baasje te waarschuwen. Mitch keek verschrikt om zich heen. Hij ging naar Matthew toe maar de jongen was al overleden. Een luid gelach klonk angstaanjagend over het kerkhof.

 

Mitch en Cody wisten niet dat Hoss en Little Joe er ook waren. Opeens kregen ze hen in het oog.

“Joe, is dat niet ons kleine neefje? Kleine Mitchy?”, vroeg Hoss plagend.  

“Jazeker. Mitch, wat doe jij hier met Cody?”, vroeg  Little Joe.

“Ten eerste: ik ben niet klein en ten tweede: wat doen jullie hier?”, vroeg Mitch wat aangevallen.

Er was geen snellere manier om Mitch op de kast krijgen dan door hem kleintje te noemen.

“We hadden ontdekt dat jij en Cody weg waren. Dus Adam stuurde ons er op uit om je te zoeken. Ga je mee naar huis of niet?”, vroeg Hoss.

Beide broers merkten meteen dat er iets zeer ernstigs gebeurd was.

“Matthew is doodgeschoten”, zei Mitch redelijk van streek.

De broers zagen toen ook het stoffelijk overschot van Matthew liggen.

“Ik ga de sheriff waarschuwen”, zei Little Joe.

Maar opnieuw verscheen het spook. Ditmaal bij een ander graf dan eerst.

De stem zei:“Kom hier Mitch, kom hier.”

Mitch werd bang en zocht bescherming bij Hoss en Cody. Even later verdween het spook spoorloos. Little Joe ging met de hond naar Virginia City.

 

Little Joe en Cody bereikten algauw de sheriff’s office en Little Joe stopte Cochise. Hij steeg af en stormde het kantoor binnen.

“Roy, Matthew Walker is vermoord bij het kerkhof”, zei Little Joe tegen sheriff Roy Coffee en deputy Clem Foster.

“We gaan direct mee”, zei Roy.

 

Bij het kerkhof vertelde Mitch alles wat er gebeurd was.

“Wij doen de rest wel. Gaan jullie maar naar huis”, zei Clem.

De Cartwrights stegen op hun paarden en reden met Cody naar de Ponderosa.

 

Daar wachtten Ben en Adam op de terugkomst van het viertal. Toen ze de paarden en de hond hoorden gingen vader en zoon naar buiten.

“Hier is de verloren zoon. Hij en Cody zaten inderdaad op het kerkhof”, zei Little Joe.

“Mitchell Jonathan Cartwright, onmiddellijk naar binnen”, zei Adam streng.

“Mijn pols doet zeer”, zei Mitch terwijl hij afsteeg.

“Hop Sing zal er wel even naar kijken het verzorgen”, zei zijn vader toen hij de geblesseerde pols had bekeken.

Hop Sing verzorgde de erg verstuikte pols van de jongste bewoner van de Ponderosa. Mitch vertelde wat er gebeurd was omtrent de dood van Matthew.

“We gaan morgen wel even langs bij zijn ouders”, zei Ben kalm maar zeer geschokt. 

 

In de tussentijd bracht de sheriff een zeer onverwacht bezoek aan de ouders van Matthew, Dan en Laura Walker. Ook zij hadden gemerkt dat hun zoon het huis had verlaten.

 

Roy klopte op de deur. Een ongeruste Dan deed  open en was zeer verbaasd om de sheriff te zien.

“Sheriff, wat doe jij hier?”, vroeg hij.

“Mag ik binnenkomen?”, vroeg de gezagsdrager van Virginia City.

“Kom gerust binnen. Weet je al waar Matthew is?”, vroeg de mijnwerker.

De sheriff reageerde niet meteen op deze vraag maar begroette eerst Laura.

“Ik weet niet hoe ik het jullie moet vertellen. Matthew was met Mitch Cartwright op het kerkhof om dat spook te zien. Ze zagen het inderdaad maar op het moment dat je zoon naar huis wilde gaan schoot het spook hem in  de rug neer. De jongen was op slag dood”, vertelde Roy.

Het echtpaar Walker was een hele poos sprakeloos. Roy voelde hun kwaadheid en verdriet maar ook hij kon weinig doen.

“Leeft Mitch nog?”, vroeg Laura na een lange stilte.

De sheriff antwoordde:“Hij heeft zijn pols verstuikt maar ook hij is er erg kapot van.”

“Als Matthew thuis was gebleven had hij nu nog geleefd. We laten nog wel weten wanneer de begrafenis is”, zei Dan wat afwezig.

Hij liet de gezagsdrager uit.

 

Harry was al thuis toen zijn dochter huilend thuiskwam. Zijn vrouw was ook nog op.

“Schatje, wat is er gebeurd?”, vroeg Susan.

“Mitch Cartwright heeft me weer geslagen. We waren op het kerkhof voor dat spook. Opeens pakte hij een tak met wat bladeren eraan en sloeg me ermee om niets. Ik haat dat vuile rotjoch”, zei Mary nog wat nasnikkend.

“Mary, kom mee met mij. Ik  ga direct met dat rotjoch van een Cartwright afrekenen”, zei Harry woedend.

Vader en dochter verlieten het huis. Per rijtuig reed men naar de Ponderosa.

 

Een korte tijd later bereikten ze de ranch. Op het  erf stopte Harry het rijtuig. Beiden klommen eruit en liepen naar het huis. Harry klopte zeer hard en ongeduldig op de deur wat binnen zeer goed gehoord werd.

 

Adam was bezig met Mitch die met zijn verstuikte pols in een kom met ijs zat. De jongen vertelde zijn vader wat er op het kerkhof had plaatsgevonden. Ook wat er met hem en Mary Pearson gebeurd was. 

“Eigenlijk zou ik je ook nog straf moeten geven. Maar je verstuikte pols is genoeg. Ik hou het hier bij. Nog vragen?”, vroeg Adam.

“Waarom is dat ijs zo koud?”, vroeg Mitch benauwd.

Allen begonnen te lachen.

Ben zei:“Omdat het bevroren water is.”

De jongen begreep er niets van. Toen werd er op de deur geramd. Little Joe deed voorzichtig open. Harry en Mary kwamen binnen.

Harry begon meteen tegen Ben te razen:“Je zoon moet zijn kind beter opvoeden. Hij heeft mijn lieve dochter zomaar hard geslagen met een tak met bladeren.”

De rancher antwoordde:“Mitch zou dat nooit doen. Als hij slaat, dan is het met een vuist. Bovendien zei hij dat ze geslagen was door het spook op het kerkhof.”

“Hij sloeg me”, zei Mary wijzende op Mitch.

Nu begon Mitch zich ermee te bemoeien.

“Niet waar. Jij hebt gewoon iets tegen mij”, was zijn reactie.

“Mitch, hou je mond even”, zei Ben alleen maar.

Nu zei Harry:“Cartwright, als je kleinzoon niet vlug zijn excuses aanbiedt kun je dat contract ook wel vergeten.”

De Cartwrights keken elkaar aan en de rancher zei:“Ik laat me door niemand chanteren!”

“Mr Pearson, Joe en ik zagen dat Mary geslagen werd door dat spook”, zei Hoss toen.

“Welja, neem het maar op voor dat rotjoch”, zei Harry kwaad.

“Mijn huis uit en wel nu meteen”, zei Ben fel.

De twee ongewenste bezoekers gingen meteen weg. Harry dacht:‘Ik krijg jou echt nog wel en gauw ook Benjamin Cartwright!’ De altijd gezellige sfeer in huis was direct verdwenen.

Mitch wilde wat zeggen maar Adam zei:“Mond dicht!”

“Niet voor jou. Ik heb ook een recht om wat te zeggen”, reageerde Mitch fel.

Hij stond op en ging naar buiten.

“Gaan jullie  maar naar bed. Ik praat wel even met hem”, zei Adam na een lange stilte.

Dat deden ze. Adam ging naar buiten en vond Mitch bij de kraal.

“Kom je mee naar binnen?”, vroeg de oudste zoon van Ben Cartwright.

Mitch schudde van nee en zei:“Ik ga wel in de stal slapen.”

“Geen sprake van. Je kamer is in het huis en niet in de stal. Dat is voor de dieren. Ik ben echt niet kwaad op jou”, zei Adam.

“Het lijkt er anders wel veel op. Door mij krijgt opa dat contract niet”, antwoordde Mitch.

“Onze relatie is veel belangrijker dan dat contract. Ik vind het erger als onze relatie kapot gaat dan dat opa dat contract krijgt”, zei zijn vader.

“Het is toch niet mijn schuld dat Matthew dood is? Ik had dat spook wel overhoop kunnen knallen maar dan kon men mij misschien wel gaan lynchen”, zei de jongen.

“We vinden de moordenaar heus wel. Jij kon er ook niets aan doen”,  zei Adam kalm. 

Opeens begon Mitch te huilen om het verlies van zijn vriendje. De oudste Cartwright jongen nam hem in zijn armen. Na een poosje kalmeerde de jongen. Adam merkte dat zijn zoon slaap had. Daarom nam hij hem mee naar binnen.

Bij zijn slaapkamer zei Mitch:“Welterusten papa.”

“Hetzelfde jongen”, zei zijn vader.

 

Het zou een korte nacht worden voor de Cartwrights. Reeds vroeg in de morgen werd er weer op de deur geklopt. De familie zat aan het ontbijt toen Hop Sing opendeed. Het was de sheriff met Harry Pearson.

“Roy, wat doe jij hier op dit tijdstip?”, vroeg Ben verbaasd.

“Mr Pearson beweert dat jij hem een chanteur noemt. Is dat zo?”, vroeg de gezagsdrager.

“Hij zegt dat Mitch zijn dochter met een tak heeft geslagen vannacht op het kerkhof. Maar volgens Mitch, Hoss en Joseph was het dat spook die dat deed. Als Mitch niet gauw zijn excuses maakt aan Mary, dan kon ik dat contract ook wel vergeten. Ik zei dat ik me niet laat chanteren”, legde Ben uit.

“Inderdaad! We gaan wel ergens anders wonen dan op Ponderosa land”, zei Harry en hij ging weg.

Hij sloeg de voordeur hard achter zich dicht.

Roy zei:“Mitch zou zoiets echt nooit doen.”

“Sheriff, is de dader van de moord op Matthew al bekend?”, vroeg Adam.

“Nog niet. Zijn ouders weten het ook al”, zei de sheriff.

“Eh Mitch, zullen we nu maar weggaan? Anders kom je nog te laat op school”, zei Adam tegen zijn zoon.

“Ik heb helemaal geen zin om te gaan”, zei de jongen morrend.

“Je zal toch moeten”, zei Ben.

Mitch stond wat wankelend op en viel bijna maar zijn val werd gebroken door Adam. Vlug gingen ze met Cody weg, net als de sheriff.

 

Toen Adam en Mitch met de hond het schoolplein opreden zagen ze Clem praten met Abigail.

“Het gaat zeker over Matthew?”, vroeg Mitch ongerust.

“Ik denk van wel. Gedraag je een beetje”, zei Adam.

“Dat doe ik toch altijd?”, vroeg zijn zoon.

Adam knikte en zei plagend:“Behalve als je het niet doet. Ik zie je om vier uur.”

Mitch steeg af van zijn paard en bond hem vast. Adam wachtte totdat Mitch binnen was en sprak toen de deputy aan.

“Ik heb haar verteld van Matthew. Ze was zeer geschokt. Kan Mitch het aan?”, vroeg Clem.

“Nauwelijks. Het was zijn beste vriendje op zijn hond en paard na. Ik hou hem erg in de gaten”, antwoordde Adam.

“Ga je mee naar Virginia City? Doc heeft de kogel waarmee Matthew gedood is uit de jongen gehaald”, zei de deputy.

Adam stemde toe en zei:“Onlangs is pa door Susan Pearson neergeschoten. We hebben de kogel nog bewaard. Als het dezelfde soort kogel is als waarmee Matthew vermoord is…”

“Dat is nog geen bewijs en dat weet jij net zo goed als ik”, zei Clem.

“Maar het is een mogelijkheid”, zei de oudste Cartwright jongen.

 

Voordat Abigail met de les begon zei ze:“Ik heb een zeer trieste mededeling voor jullie. Vannacht is Matthew Walker door iemand doodgeschoten op het kerkhof.”

“Miss Jones, is de moordenaar al gevonden?”, vroeg Mary.

Opeens begon bij Mitch het bekende lampje te branden. Hij had een vaag vermoeden van wie Matthew had vermoord.

“Nog niet. De deputy kwam het  me net vertellen. Laten we hopen dat de moordenaar gauw gevonden wordt. We gaan beginnen met de les”, antwoordde de lerares.

 

Die morgen was Mitch behoorlijk afwezig tijdens de les. Het was overduidelijk dat hij de afgelopen nacht veel te weinig had geslapen. Abigail had dat ook al gezien maar zweeg.

 

In de pauze hoorde Mitch Mary tegen Laura  Clark zeggen:“Mijn ouders gaan de Ponderosa kopen zodat de Cartwrights daar fijn weg moeten en wij erin.”

Mitch liep weg en ging onder een  boom zitten. Hij kon zijn oren net geloven. Ben Cartwright zou nooit zomaar de ranch verkopen zonder het aan zijn zoons en kleinzoon te vertellen. Dat wist hij zeker.

 

In de sheriff’s office liet Clem Adam de fatale kogel zien.

Hij bekeek hem nauwkeurig en zei:“Het is van dezelfde soort als waar pa mee neergeschoten is. Zegt dat nou niets? Voordat de Pearsons waren gekomen was het rustig op het kerkhof.”

“Adam, dat jullie nu toevallig ruzie hebben met hen wil nog niet zeggen dat ze ook Matthew hebben vermoord”, was het weerwoord van Clem.

“Matthew deed niemand ooit kwaad. Moest hij soms sterven omdat hij bevriend was met Mitch?”, vroeg Adam fel.

De deputy reageerde met:“Ik weet niet of je het wel realiseert maar voor hetzelfde geld was Mitch om het leven gekomen. Hoe had je dan gereageerd?”

“Dat is een totaal ander verhaal. Mitch leeft nog”, antwoordde Adam.

“Moet ik dan aan ze vragen: heeft een van jullie toevallig vannacht Matthew Walker vermoord? Ga nou heel gauw een eind weg Adam Cartwright. Ze zien me al aankomen”, zei Clem.

Adam verliet het kantoor en ging met Cody naar huis.

 

Mitch ging naar Abigail die binnen was.

“Mitch, is er wat?”, vroeg ze toen ze hem zag staan bij haar bureau.

“Ik voel me niet zo lekker. Mag ik naar huis?”, vroeg hij.

“Je ziet er wat bleek uit. Ga maar”, zei de lerares.

Mitch pakte zijn boeken bijeen en verliet de school. Hij steeg op White Star en reed langzaam naar huis terug.

 

Adam was net thuisgekomen toen hij en Hoss hun respectievelijk zoon en neefje zagen komen. Beiden keken elkaar verbaasd aan en vroegen zich af waarom Mitch zo vroeg al weer thuis was.

“Mitch, ben je niet een beetje te vroeg thuis?”, vroeg Adam bezorgd.

Mitch zei niets maar viel bijna van zijn paard af. De schoolboeken vielen op de grond. Hoss ving de jongen net op tijd op. Samen met Adam bracht hij de jongen naar binnen. Ben en Little Joe keken ook vreemd op toen ze Mitch zagen.

“Leg hem maar op de bank, jongens”, zei de rancher.

Dat deden ze. Langzaam kwam Mitch een beetje bij.

“Is er iets Mitch?”, vroeg Adam ongerust.

“Papa, ik ben zo duizelig. Alles draait in de rondte”, zei zijn jongen.

“Joseph, ga Doc Martin halen. Adam, breng hem maar naar bed”, zei Ben.

Little Joe ging meteen weg.

 

Adam bracht Mitch naar bed en bleef bij hem.

De jongen zei:“Papa, is het waar dat opa de Ponderosa gaat verkopen aan de Pearsons? Ik hoorde dat Mary op school zeggen. Daarna werd ik niet lekker.”

“Opa gaat de ranch niet verkopen en helemaal niet aan de Pearsons”, zei Adam.

Hij merkte dat zijn zoon er beroerd uitzag. Mitch sloot zijn ogen. Adam ging naar beneden en zag dat Doc Martin net gearriveerd was.

“Hij ligt in bed”, zei Adam tegen de geneesheer.

Ze gingen naar boven. Doc Martin onderzocht Mitch.

Even later kwam hij tot de eindconclusie:“Adam, je zoon is gewoon wat oververmoeid. Hou hem in bed voor een paar dagen en thuis van school zolang dat nodig is.”

“Komt voor elkaar”, zei de rancher.

 

Na de lunch zei Ben:“Ik ga naar de Walkers. Jullie houden Mitch in de gaten.”

Alledrie beloofden ze dat te doen. Ze deden toch niets liever dan dat. De rancher pakte zijn paard en steeg op. Even later had hij het erf verlaten.

 

Spoedig had de rancher het eigen huis van het mijnwerkersgezin bereikt. Het huis van de Walkers lag buiten Virginia City. Ze woonden er al jaren. Ben steeg af en bond zijn paard Buck vast. Hierna klopte hij beleefd op de deur. Laura deed open. Ze was erg verrast om de opa van Mitch te zien.

“Ben Cartwright, kom binnen”, zei ze wat schor.

Ben nam zijn hoed af en zei:“We leven met jullie mee. Is er iets wat wij voor jullie kunnen doen? Het maakt niet uit wat.”

“Als jullie de laffe moordenaar willen vinden ben ik jullie daar zeer dankbaar voor. Hoe is Mitch?”, vroeg Dan.

“Hij kwam vanmorgen eerder thuis van school met oververmoeidheidsverschijnselen. Het heeft ook te maken met het overlijden van Matthew. Het joch voelt zich schuldig omdat hij niets kon doen”, zei Ben.

“We zullen Mitch dan ook niets verwijten. Vertel hem dat maar”, zei Dan.

Hij en Laura kenden Mitch en zijn familie ook erg goed. De twee vriendjes speelden vaak bij elkaar. Door Matthew kon de jonge Cartwright weer lekker even kind zijn wat thuis niet altijd kon. Daar hadden ze niet altijd evenveel tijd voor hem. Bovendien waren er alleen maar volwassenen om hem heen op de ranch.

 

Ben bleef de hele middag bij de Walkers. Toen hij terugreed naar de Ponderosa had de rancher veel stof om over na te denken. Hij had het vermoeden dat Matthew Walker niet het eerste slachtoffer zou zijn. Even goed zou zijn familie ten prooi kunnen vallen aan de moordlust van het beruchte spook op het kerkhof. Dat moest zoveel mogelijk voorkomen worden. De Cartwrights waren niet stuk te krijgen als het ging om gerechtigheid. Ook al moesten er slachtoffers vallen.

 

De rancher reed richting Virginia City. Hij was benieuwd hoe ver het gezag al was met hun onderzoek naar de moordenaar van Matthew. Toch verwachtte Ben geen positief antwoord. Hij wist dat de moordenaar overal kon zitten en misschien wel allang buiten Nevada.

 

Buiten de sheriff’s office kwam Clem Harry tegen.

“Deputy, is die Mitch Cartwright al opgepakt wegens het beledigen van mijn lieve dochter?”, vroeg Harry.

“Wat moest Mitch dan tegen haar gezegd hebben?”, vroeg de deputy verbaasd.

“Hij heeft tegen Mary gezegd dat ze hier geen stadse meiden zoals zij willen. Ook heeft hij haar bont en blauw geslagen”, loog de oplichter.

Clem keek hem aan en zei:“Ik ken dat joch bijna al zijn hele leven en ik weet zeker dat hij zoiets nooit zou doen. Waarom vraagt u het niet aan zijn grootvader? Die komt daar net aan.”

Clem wees in de richting van Ben.

 Harry zei:“Dat zal ik zeker doen!”

Hij liep naar de rancher en zei:“Ik eis nog steeds de excuses van je kleinzoon aan mijn dochter. Ook omdat hij haar bont en blauw geslagen heeft.”

“Dat zal Mitch nooit geven. Bovendien: wanneer heeft hij Mary zo toegetakeld als ik vragen mag?”, vroeg de rancher verbaasd.

“Vanmiddag na schooltijd om vier uur. Ze is helemaal overstuur. Het arme kind”, antwoordde Harry.

“Om het je even duidelijk te maken: Mitch kwam vanmorgen wel eerder thuis uit school omdat hij oververmoeid is. Hij heeft bedrust nodig”, zei Ben.

Harry liep kwaad weg.

 

Ben steeg af en vroeg aan de deputy:“Wil hij soms iets met Mitch?”

“Ik weet het niet. Heb je even tijd voor een kop koffie?”, vroeg Clem op zijn beurt.

Dat had Ben altijd wel.

Binnen vroeg de rancher:“Weten jullie al meer over wie Matthew heeft vermoord?”

“Nee, dat niet maar het is wel gedaan met een jachtgeweer. Verdere aanwijzingen zijn er nog niet. Tenminste dat was voordat jij kwam. Ik kwam vanmorgen Adam tegen bij de school en hier vertelde hij me dat jij een paar dagen geleden neergeschoten was door Susan Pearson. Volgens hem is het dezelfde kogel als waar de jonge Walker mee doodgeschoten is. Dat zou kunnen betekenen dat een van de Pearsons de dader moet zijn. Wat denk jij?”, vroeg de deputy terwijl hij een slok van zijn koffie nam.

“Het lijkt allemaal in elkaar te passen. Harry kwam ook wel heel erg plotseling in een leeg perceel van ons wonen zonder toestemming van mij. Sinds zijn komst is het ook erg onrustig op het kerkhof”, antwoordde Ben.

Dat kon Clem ook niet ontkennen. Ze kwamen niet tot een oplossing.

“Ik ga maar eens kijken hoe het is met de jongste telg”, zei de rancher na een uurtje.

Hij zwaaide naar de deputy en ging naar buiten. Het was al aardig donker aan het worden toen Ben op huis aanging.

 

Op de Ponderosa zorgden Adam, Hoss en Little Joe uitstekend voor Mitch. Door hen kwam  hij niets tekort. Toch sliep hij haast de hele middag. Als hij wakker werd zat of zijn vader of een van zijn ooms bij hem. Rond etenstijd bleef Mitch wakker.

Hoss zat bij hem en vroeg:“Hoe voel jij je?”

“Erg moe. Waar is opa eigenlijk?”, vroeg de jongen.

“Na de lunch vertrok hij naar de Walkers en sindsdien hebben we hem niet meer gezien. Je begint zeker al trek te krijgen? Je hebt sinds het ontbijt niets meer gegeten. Ik geloof dat Hop Sing een heerlijke maaltijd aan het bereiden is”, zei Hoss.

“Ja maar dat doet hij elke dag. Dus ik kijk daar niet meer van op”, reageerde Mitch droog.

“Dat is waar. Ik ga even kijken of opa er al aankomt”, zei zijn oom.

Hij stond op en verliet de slaapkamer. Doch Ben was nog lang niet in zicht. Hoss begon zich enigszins zorgen te maken. Maar hij was niet de enige. Ook Adam en Little Joe werden ongerust toen hun vader weg bleef. Teneinde raad wilde Adam zijn vader tegemoet rijden maar nog voordat hij zijn vos gezadeld had reed de rancher het erf op.

“Ook goedenavond pa”, zei Adam vriendelijk.

“Hetzelfde jongen. Dacht je soms dat je vader niet meer thuis zou komen?”, vroeg de rancher.

Adam grinnikte en vroeg:“Ja. Mitch is iets beter maar nog steeds erg moe. Je bent toch niet zolang bij de Walkers geweest?”

“Nee, ik ben ook nog bij het gezag geweest. Clem zei me van dezelfde soort kogel. Hij heeft vage vermoedens dat een van de Pearsons de moordenaar van Matthew is. Maar er zijn nog geen bewijzen”, vertelde Ben terwijl hij van zijn paard afsteeg en het dier naar de stal bracht.

Zijn oudste zoon deed hetzelfde.

Hij merkte dat er nog iets was en vroeg:“Is er soms iets gebeurd in Virginia City?”

“Harry beschuldigt Mitch ervan dat hij Mary bont en blauw geslagen heeft na schooltijd”, antwoordde Ben.

“Het joch sliep voor het overgrote deel van de dag. Hij is nu pas echt wakker”, reageerde Adam.

“Was hij dat dan vanmorgen niet?”, vroeg zijn vader plagend.

“Leuk hoor pa. Je neemt het teveel voor hem op. En dat weet hij verdomd goed ook”, was de reactie van Adam.

“Dan moeten jullie hem niet zo vaak op de kast jagen”, zei Ben.

 

Bij binnenkomst in het ranchhuis ging Ben eerst naar zijn kleinzoon kijken. Hij klopte op de deur en ging daarna naar binnen.

“Hallo jongen. Adam zei me dat jij je al iets beter voelde. Wel, ik moet zeggen dat je er ook beter uitziet”, zei de rancher.

Hij ging op bed zitten en keek de jongen aan.

“Ze zorgen goed voor me zolang ze niets zeggen”, antwoordde Mitch.

“Ik jaagde in de stal je vader op de kast omdat hij dat bij jou ook altijd doet. Ik ben bij de ouders van Matthew geweest en ze verwijten je echt niets wat zijn dood betreft. Dus maak je daar maar geen zorgen over”, vertelde Ben.

Mitch sloeg zijn ogen neer en zei aarzelend:“Als het even kan zou ik wel naar de begrafenis van Matthew willen gaan.”

“We weten nog niet wanneer dat is maar als je nog steeds erg moe bent blijf jij thuis. Je hebt een paar dagen bedrust nodig van Doc. Daar hou jij je strikt aan”, zei zijn opa.

Mitch knikte. Ben merkte hoe teleurgesteld zijn kleinzoon was maar ook hij kon er niets aan doen.

Hij pakte zijn hand en zei:“We komen er wel uit.”

 

Mitch kreeg meer dan voldoende rust en slaapgelegenheid van zijn familie waardoor hij langzaam maar zeker kon herstellen van zijn instorting. Toch bleven de plagerijen niet uit. Na een paar dagen kwam Adam zijn kamer binnen.

Hij vroeg:“Zou je niet eens een keer uit je nest komen?”

“Waarom? Jullie zijn er toch om te werken?”, vroeg Mitch op zijn beurt.

Toen verzon Adam een smoes en hij zei:“Wij gaan morgen naar een paardenveiling in Reno. Maar omdat jij nog steeds in bed wil blijven kan jij niet mee.”

“Ach, dan heb ik toch heerlijk het huis voor mezelf en ook alle rust”, zei zijn zoon.

Adam kwam op bed zitten en vroeg:“Dus niet. Ik zat je maar wat te plagen. Waarom sta je niet op voor een paar uur? Dan zal ik Hop Sing vragen of hij iets lekkers speciaal voor jou maakt. Wat vind je daarvan?”

Mitch knikte goedkeurend. Adam ging naar beneden terwijl Mitch zich waste en aankleedde. Nadat de jongen wat gegeten had voelde hij zich wat beter. Mitch ging met Cody buiten op het erf spelen.

 

De ruzie tussen de Cartwrights en de Pearsons werd voorlopig op een zeer laag pitje gezet. Met name de Cartwrights bleven veelal thuis op de ranch.

 

Enkele dagen nadat hun zoon om het leven was gekomen lieten Dan en Laura Walker hun zoon begraven.

 

Die morgen aan het ontbijt bij de Cartwrights vroeg Adam aan zijn zoon:“Matthew wordt vandaag begraven. Kan je het aan?”

Mitch haalde zijn schouders op en zei:“Als jij bij me blijft.”

“Dat zal ik zeker doen”, beloofde Adam.

Hij zag hoe slecht Mitch eruit zag. Zijn vader en broers zagen dat ook. Allemaal hadden ze het met hem te doen.

 

Na het ontbijt vertrokken de Cartwrights naar de kerk voor de herdenkingsdienst. Dit was geregeld op speciaal verzoek van Laura Walker. Mitch zei niet veel onderweg naar Virginia City.

 

Bij de kerk aan gekomen zag Little Joe dat de familie Pearson er ook was. Hij stootte zijn neefje aan en wees in de richting van Harry Pearson.

“Stelletje schijnheiligen”, was het enige commentaar van Mitch.

Hij wist wel dat hij dit eigenlijk niet mocht denken maar daar gaf hij even niets om. De jongen was er van overtuigd dat Harry zijn beste vriendje had omgebracht. Het moest alleen nog bewezen worden.

 

Tijdens de dienst zat Mitch constant met tranen in zijn ogen. Adam merkte dat en legde een arm om de jongen heen voor steun.

De dominee begon zijn preek:“Wij zijn hier om Matthew Walker te herdenken. Matthew stierf een zinloze dood terwijl hij nooit iemand kwaad of pijn had gedaan. Zijn dood is een groot verlies voor ons allen maar in het bijzonder voor zijn ouders Dan en Laura Walker. We hopen dat de jonge Matthew nu in een land zonder pijn en geweld is.”

 

Na de dienst werd de kist van Matthew naar het kerkhof gebracht.

Buiten de kerk zei Mary tegen Mitch:“Je moet niet zo schijnheilig doen. Matthew had toch een hekel aan jou.”

Mitch vloog haar aan en gromde:“Dat moet jij nodig zeggen. Je moeder probeerde mijn opa  om te brengen. Jouw vader heeft Matthew vermoord.”

“Wat ben jij toch een vuil liegbeest”, zei Mary.

Nu kon Mitch zich niet meer inhouden en sloeg haar bijna in elkaar. Harry en Adam haalden de kinderen uit elkaar.

“Vader, hij vertelt leugens over ons”, zei Mary.

“Niet waar”, gromde Mitch en hij rukte zich met moeite los van zijn vader.

Hij sloeg haar weer maar Harry nam hem onder schot.

“Laat hem los Mr Pearson. Anders zal ik u moeten arresteren”, zei Roy.

De oplichter liet de jongen vallen.

“Mitch Cartwright, wil jij met mij meekomen?”, vroeg de sheriff.

Mitch stond op en liep mee met de gezagsdrager.

Adam zei:“Pa, gaat u maar mee naar het kerkhof. Ik blijf bij Mitch.”

“Goed”, zei Ben kalm.

De Pearsons gingen meteen naar huis.

 

In de sheriff’s office zei Roy tegen de jonge Cartwright:“ik weet hoeveel je om Matthew gaf en hoe erg je het vindt van zijn dood. Maar je mag niet zomaar iemand beschuldigen van moord.”

“Dat weet ik wel maar ik weet zeker dat Mr Pearson het gedaan heeft. Zijn vrouw schoot niet voor niets opa neer en ze zijn zonder toestemming in een pachthuis van ons gaan wonen”, antwoordde Mitch een beetje fel.

“Adam, is het waar wat je zoon zegt?”, vroeg Roy aan Adam die ook het hele verhaal had gehoord.

De oudste Cartwright jongen knikte.

“Ze zullen het toch ontkennen. Ik wou dat ze nooit in Virginia City waren komen wonen. Ik haat ze”, zei Mitch geheel van streek.

Adam nam hem in zijn armen en de jongen begon zachtjes te snikken.

Hij vroeg:“Matthew zal altijd wel bij je blijven. Ik weet zeker dat hij niet zou willen dat je zo om zijn dood treurde. Ga je mee naar huis?”

Mitch droogde zijn ogen en ging mee.

 

Op het kerkhof waren er niet veel mensen. Het was een sobere begrafenis.

Toen alles achter de rug was zei Dan tegen Ben, Hoss en Little Joe:“Bedankt voor jullie medeleven. Geef het ook door aan Adam en Mitch.”

“Het is het minste wat we konden doen. Sorry voor het incident bij de kerk vlak na de dienst”, zei Ben verontschuldigend namens zijn kleinzoon.

Laura zei:“Ik denk dat Matthew vrijwel hetzelfde gedaan zou hebben bij haar als Mitch was overleden.”

Hierna ging ieder zijn eigen weg.

 

Op de Ponderosa was Mitch al aardig gekalmeerd maar toch was hij behoorlijk uit zijn doen.

Om hem wat meer aandacht te geven zei Ben:“Mitch, vanmiddag gaan wij samen een lange rit maken met de paarden en Cody mag ook mee.”

“Goed”, zei de jongen.

 

Die middag waren Ben en Mitch na de lunch met Cody weggegaan tot aan etenstijd. De jongens merkten dat de tocht Mitch erg veel goed had gedaan want hij begon weer zijn normale eetlust terug te krijgen.

 

Kort na de begrafenis van Matthew verhuisden Dan en Laura Walker weg uit Virginia City. Mede omdat hun zoons moordenaar nog altijd niet was gevonden was door het gezag. Ze waren zwaar teleurgesteld in hun vertrouwen in de sheriff en de deputy.

 

Op een avond zaten de Cartwrights te dineren in een restaurant toen de Pearsons door de deur kwamen.

Mitch zei direct:“Ik heb ineens geen trek meer. Hoe zou dat toch komen? Het eten is hier toch anders meer dan uitstekend.”

Hoss en Adam keken elkaar aan en begrepen wat hij daarmee bedoelde. Ook Ben en Little Joe hadden de boodschap doorgekregen. Mary liep expres tegen de stoel van Mitch op waardoor ze viel. Harry greep meteen hardhandig in. Hij sleurde de jongen van zijn stoel en sloeg hem hard door de hele eetgelegenheid heen. Mitch viel bewusteloos tegen de muur neer. Hoss werd kwaad en stond op. Harry wreef in zijn handen van tevredenheid en glimlachte daar ook nog eens bij. Met twee passen was hij bij Harry. Hoss sloeg hem door  het restaurant heen, maar dan wel met een beetje meer paardenkracht. Ben en Adam gingen naar Mitch toe terwijl Little Joe medische hulp ging halen. Langzaam kwam Mitch bij.

Hij zei kermend:“Mijn rechterarm en hoofd doen pijn.”

“Blijf maar liggen kid. Doc is onderweg”, zei Adam bezorgd.

Hoss kwam erbij staan en vroeg:“Hoe is het met kleine Mitchy?”

“Mond houden oom Hoss Cartwright!”, reageerde Mitch direct.

Iedereen lachte.

“Zo te horen is hij al aardig opgeknapt”, zei Adam lachend.

Dit leverde hem een stoot van zijn zoon op.

 

Little Joe rende naar de praktijk van Doc Paul Martin en stormde naar binnen.

Hij zei:“Doc, je moet meekomen want Mitch is gewond.”

“Ik ga direct mee”, antwoordde de geneesheer.

Hij pakte zijn tas en ging mee met Little Joe.

Bij zijn binnenkomst zei Susan:“Mijn man heeft voorrang!”

“Eerst kinderen”, zei Paul en hij ging naar de Cartwrights.

Hij knielde neer bij Mitch en vroeg:“Waar heb je pijn?”

“In mijn rechterarm en hoofd”, zei Mitch met een erg pijnlijk gezicht.

De geneesheer onderzocht de rechterarm en zijn hoofd en kwam tot de eindconclusie:“Je arm is gebroken en je hebt een hersenschudding. Ik zal je arm in het gips zetten en je een week bedrust voorschrijven. Kom maar even mee.”

“Dit is dus het bewijs dat ik wel degelijk hersens heb. Anders zou ik toch nooit een hersenschudding kunnen krijgen”, zei Mitch.

“Dag jongen”, zei Ben.

Hij hielp de jongen overeind. Strompelend ging Mitch mee met Paul, begeleid door Adam en Hoss. Susan was zo verontwaardigd dat ze niets meer zei.

 

Doordat Clem Little Joe naar Doc had zien gaan had het gezag vermoedens gekregen dat er in het restaurant iets ernstigs had plaatsgevonden.

In het kantoor zei de deputy:“Ik zag met Joe Cartwright naar Doc Martin gaan. Er moet zeker weer wat gebeurd zijn.”

“Jij blijft hier. Dan ga ik een kijkje nemen”, zei Roy.

Clem knikte.

 

Roy had ook al een bezoek aan het restaurant gebracht.

Harry kwam net bij en zei tegen de sheriff:“Je moet die lomperik van een Hoss Cartwright arresteren want hij heeft geprobeerd mij te vermoorden.”

“Hij deed dat omdat jij Mitch door het hele restaurant sloeg. Kom je aan Mitch, dan kom je aan ons”, zei Little Joe opvallend rustig voor zijn doen.

“Het is toch maar een rotjoch”, zei Susan.

“Dat is nog  geen reden om hem in elkaar te slaan”, zei Little Joe opeens fel.

Ben maakte zijn jongste zoon duidelijk zich kalm te houden.

“Jouw broer heeft mijn man wel een gebroken been bezorgd. Wij gaan ons gemiste inkomen op jullie verhalen”, zei Susan kwaad.

Toen maakte ze de grove fout door op Ben te schieten maar ze miste finaal. Roy greep direct in door haar te arresteren. Mary rende het restaurant uit, het pistool van haar moeder met zich mee nemend. Opeens hoorde men buiten een schot. De sheriff had Susan ingesloten en ging naar buiten, net als Ben en Little Joe. Het bleek dat Mary op de deputy had geschoten. Clem lag op de grond met een kogel in zijn linkerbeen. Mary was in alle haast weggevlucht. Ben en Little Joe hielpen de deputy binnen. Adam, Hoss en Mitch kwamen naar buiten en hoorden over de schietpartijen van Ben en Little Joe. Doc onderzocht en behandelde Clem die redelijk kon lopen. Pas daarna hielp hij Harry die nog steeds in het restaurant lag met een gebroken been.

“Mitch, we gaan naar huis nadat ik de rekening heb betaald. Voor vanavond hebben we meer dan genoeg leven in de brouwerij gehad”, zei Ben tegen zijn kleinzoon die erg veel slaap had gekregen.

“Hoezo genoeg?”, vroeg Mitch onnozel.

“Door die harde klap zijn de weinige hersenen die dit kid heeft geheel door elkaar geschud. Daarom stelt hij ook van die idiote vragen”, reageerde Adam plagend met een knipoog naar zijn broers.

“Papa, je moet je mond houden. Ik ben helemaal geen kid meer”, was het felle weerwoord van Mitch.

Zijn vader en ooms lachten.

Adam zei:“Je hapt weer zo lekker.”

“Ach, opa neemt het toch voor me op”, zei de jongen.

“Dat is ook weer zo iets typisch. Opa komt altijd voor jou op”, zei Little Joe verontwaardigd.

“Ben je jaloers oom Joe?”, vroeg de jongen.

“Nee, want nu ben jij de jongste”, antwoordde hij.

“Toch zijn we stapel op jou. Ook al pest je ons even hard terug”, zei Adam terwijl hij Mitch vasthield.

Hij merkte dat de jongen een beetje duizelig was geworden.

“Ik ben ook gek op jullie. Stelletje pestkoppen die jullie zijn”, antwoordde zijn zoon.

Ben kwam er aan en ze gingen naar huis terug.

 

Vrijwel direct na haar arrestatie bekende Susan  Pearson tegen de sheriff:“Ik heb Ben Cartwright neergeschoten. Mijn man heeft dat kind van Walker vermoord.”

“Waarom?”, vroeg Roy.

“Omdat hij en Mitch Cartwright onze dochter hadden lastig gevallen op school. Dat is verboden”, antwoordde ze.

“Het is wel bij de wet verboden om de eigenaar van een pachthuis neer te schieten en het is ook nog eens behoorlijk laf van je man om een onschuldig kind in de rug te doden. Hiervoor kun je wel veroordeeld worden tot de strop”, antwoordde de sheriff.

 

Een week of twee, drie bleef het rustig in en rondom Virginia City. Hetzelfde was het geval op de Ponderosa. Ben had het contract van Harry toch nog gekregen maar hij had het nog niet doorgelezen en zeker niet ondertekend. Wat de rancher nog niet wist was dat Harry Pearson erin gezet had dat na ondertekening de Ponderosa van hem zou zijn en niet meer van Ben Cartwright. Deze zet was gedaan omdat Susan veroordeeld was tot de strop wegens tweemaal moord.

 

Harry en Mary gaven de Cartwrights de schuld van hun ongelukkig bestaan in Virginia City. Harry verkondigde op een dag dat hij ervoor zou zorgen dat het rustig zou blijven in de stad.

“Geef mij uw vertrouwen en ik zal ervoor zorgen dat er geen vechtpartijen meer zullen plaatsvinden in de stad”, riep hij op een middag.

Adam en Little Joe hoorden dat en gingen zich er natuurlijk mee bemoeien.

“Waarom zou jij de rust kunnen bewaren als je nauwelijks kan lopen?”, vroeg Adam sarcastisch.

“Omdat ik helemaal niet opvliegend ben zoals jullie Cartwrights”, antwoordde Harry.

De broertjes Cartwrights lagen op de grond van het lachen tot grote ergernis van Harry.

Adam vroeg lachend:“Wij zijn toch helemaal niet opvliegend of wel”

“Hoe komt hij daar nou bij? Trouwens, het is toch best heerlijk om je af en toe uit te leven in een vechtpartij? Ik vind van wel”, reageerde Little Joe.

Op het moment dat Harry iets wilde zeggen maakte de deputy een einde aan het gesprek.

Strompelend op zijn krukken zei Clem:“Mr Pearson, wegwezen. Door u en uw dochter wordt de rust juist verstoord.”

“Maar ik help je juist met het bewaren van de lieve rust en vrede. Door mijn aanwezigheid houden zeer agressieve lui zoals de Cartwrights zich rustig”, zei Harry.

“Bij mijn weten zijn de Cartwrights helemaal geen agressieve lui. Ruwe wel maar niet agressief”, zei Clem.

Hij gaf Adam en Little Joe een bekende blik waarna ze naar de sheriff’s office gingen.

 

Binnen vroeg Clem:“We weten nu dat Matthew door Harry Pearson is vermoord. Na haar arrestatie bekende Susan dat hij het had gedaan. De reden van die moord was dat Matthew en Mitch Mary op school lastig gevallen zouden hebben. Adam, ik weet wel dat je zoon erg in trek is bij de meisjes maar dit zou  hij toch nooit doen of wel?”

“Mitch is een echte hartenbreker maar dit is niet zijn stijl. Hij zou dat nooit doen”, antwoordde Adam.

Little Joe zei:“Nu Matthew overleden is betekent dat wel dat Mitch nu aan de beurt is om uit de weg geruimd te worden en daarna misschien wel wij.”

“Jongens, als ik jullie een goed advies mag geven: blijf voorlopig uit de buurt van Harry en Mary Pearson als jullie leven je lief is”, antwoordde Clem.

Dat waren de broers zeker van plan. Ze besloten terug naar de ranch te gaan om alles aan Ben en Hoss te vertellen.

 

In Virginia City werd een feest georganiseerd voor de bewoners van de stad.

Op de Ponderosa zei Mitch zeurend:“Papa, moet ik nou écht mee? Ik heb geen zin.”

“Jongen, jij hebt ook een uitnodiging gekregen. Het zou dan zeer onbeleefd zijn om niet te komen”, zei Adam.

Hij keek eerst zijn zoon aan en daarna de anderen.

Hoss zei:“Wij zijn er ook nog.”

“Goed dan. Ik ga mee”, zei Mitch met grote tegenzin.

Hij deed het meer om zijn vader een plezier te doen.

 

Het was een behoorlijk saai feest. Mitch liep wat rond totdat hij Mary in het oog kreeg. Hij slikte een paar keer en ging daarna direct naar zijn vader en ooms toe.

“Mitchy, wat is er?”, vroeg Hoss.

“Geen wonder dat het zo’n saai feest is want de Pearsons zijn er ook. Ik hoop dat alleen dat Mary me niet gezien heeft”, zei zijn neefje.

“Blijf maar hier. Ik zal wel wat te drinken halen voor ons”, zei Adam..

Hij stond op en liep naar de bar. Het beviel hem totaal niet dat de Pearsons ook hier aanwezig waren. Goed, het waren weliswaar inwoners van Virginia City maar Adam hoefde zich nog niet te bemoeien met hen.

Bij de bar vroeg de barkeeper:“Wat mag het zijn Mr Cartwright?”

“Drie bier en een limonade”, zei Adam.

De barkeeper schonk het in.

Opeens kwam Harry naar hem toe en zei:“Je moet er wel voor zorgen dat jullie morgen weg zijn van de Ponderosa, want dan trekken wij erin.”

“Wie breng je daarvoor mee? Een spook of zoiets? De ranch is en blijft in handen van de Cartwrights”, reageerde Adam.

Hij pakte de gevulde glazen en liep naar zijn broers en zoon.

“Rotzak. We krijgen jou en je zoontje nog wel”, zei Harry  tegen zichzelf.

Hij wenkte Mary en ze kwam meteen.

Hij zei zachtjes:“Jij gaat weg terwijl ik de Cartwrights bang maak als het spook op het kerkhof. Jij volgt Adam en Mitch naar hun ranch en binnen schiet je ze dood.”

Hij gaf het meisje zijn revolver en stuurde haar naar huis. Zelf ging hij ook niet veel later weg. Hij was zorgvuldig in de gaten gehouden door de Cartwrights. Ze hadden toch niets anders te doen. Ze waren dan ook dolblij toen Ben op een gegeven moment naar ze toekwam.

Hij vroeg;“Kunnen jullie je nog een beetje vermaken?”

“Ik vind het er niets aan”, zei Little Joe.

“Hier heb je er nog een”, zei Mitch slaperig.

“Het is al laat dus ik denk dat we er goed aan doen om richting Ponderosa te gaan. Nu meteen voordat Mitch in slaap valt”, antwoordde de rancher.

 

Toen de Cartwrights naar de ranch reden kwamen ze toevallig langs het kerkhof. Adam zag als eerste dat er licht brandde. Hij stopte en bleef kijken.

Zijn zoon kwam naast hem staan en vroeg verbaasd:“Ik dacht dat we naar huis gingen?”

“Er brandt licht bij het kerkhof. Dat is anders nooit”, zei Adam een beetje afwezig.

De anderen waren er ook bij gekomen en zagen het felle licht ook.

“We gaan meteen poolshoogte nemen. Mitch, jij blijft bij je vader”, zei Ben na een poosje.

Met alle voorzichtigheid van de wereld reed men richting kerkhof. Mitch werd een beetje bang en ging nog dichter bij zijn vader rijden.

 

Op het kerkhof spookte Harry rond, niet vermoedend dat hij gauw ontmaskerd zou worden. De Cartwrights stegen van hun paarden en gingen het spook inspecteren.

Opeens vroeg Mitch fluisterend:“Papa, kan een spook lopen?”

“Nee, een spook zweeft. Hoezo?”, vroeg Adam.

“Of ik ben gek aan het worden of dat spook loopt op krukken en met een gebroken been”, zei de jongen.

“Ik denk zowel het eerst als het laatste”, zei zijn vader plagend.

“U wordt hartelijk bedankt voor het compliment vader”, reageerde Mitch.

Adam gaf zijn jongen een schouderklopje. Ze slopen naar Harry toe.

Ben riep met luide stem:“Blijven staan. We hebben je onder schot!”

Het spook draaide zich met moeite om en liep weg. Maar hij keek niet waar hij liep en viel in een gegraven graf. Een laatste gil kwam uit het keelgat van Harry en toen was het stil. Ben, zijn zoons en kleinzoon kwamen naderbij. Adam haalde het laken van het spook af. Groot was hun verbazing toen ze het spook herkenden.

“Dat is Harry Pearson”, zei Ben.

“Was hij het spook?”, vroeg Hoss ongelovig.

“Kennelijk wel. Ga jij het zeggen in Virginia City tegen Paul en Roy?”, vroeg Ben.

Hoss knikte en ging  terug naar de stad. Mitch zag het lijk liggen en werd onwel.

“Adam, neem je zoon mee naar huis. Dit is niet écht een ideale plek voor hem”, zei Ben tegen zijn oudste zoon.

“Kid, kom mee. Bedtijd voor jou”, zei de oudste Cartwright jongen.

Ze gingen door naar huis waar Cody op hen wachtte.

 

Onderweg vroeg Mitch:“Worden wij nu aangeklaagd wegens moord op Mr Pearson?”

“Nee, het was een ongeluk. Hoezo?”, vroeg Adam verbaasd.

“Ik las toevallig het contract dat opa zou sluiten met Mr Pearson. Er staat in dat na ondertekening van opa hij de Ponderosa zou bezitten”, zei Mitch.

“Ik zal het ook lezen maar zodra we thuis zijn ga jij naar bed. Morgen moeten we naar de kerk”, zei Adam.

Mitch antwoordde met een zeurende stem:“Oh ja, het is morgen weer zondag.”

Adam vroeg hem:“Er is niets mis mee met het gaan naar de kerk. Wij gaan toch ook?”

Mitch knikte. Adam wist erg goed dat zijn zoon een hekel had aan verplichtingen. Het kostte hem dan ook erg veel moeite om die de jongen bij te brengen.

 

Op het kerkhof wachtten Ben en Little Joe op de sheriff, Doc Paul Martin en Hoss.

“Adam zei dat Harry hem vertelde dat wij snel weg moesten van de Ponderosa. De ranch zou morgen van hem zijn”, zei Little Joe.

“Daar was dat contract dus voor nodig. Harry en Susan zijn dood maar waar is hun dochter?”, vroeg Ben ongerust.

Na een poos kwam Hoss terug met de sheriff en de dokter.

“Roy, het slachtoffer ligt al  op zijn plaats”, zei Ben tegen de sheriff.

“Zijn nek is gebroken”, zei Paul nadat hij het stoffelijk overschot van Harry Pearson had onderzocht.

“Ik neem het wel mee. Gaan jullie maar naar huis”, zei Roy tegen de Cartwrights.

Hetgeen dus ook gebeurde.

 

Intussen waren Adam en Mitch al thuisgekomen. Mitch wilde weten wat er gebeurd was dus bleef hij op. Adam had daar met wat tegenzin toestemming voor gegeven. Ondertussen las hij het contract door. Hij was doodsnieuwsgierig geworden door wat hij van Mitch en Harry had gehoord. Plotseling werd er op de deur geklopt. Vader en zoon keken elkaar verbaasd aan. Mitch ging met Cody op de trap zitten terwijl Adam voorzichtig de deur opendeed. Mary kwam binnenstormen met een revolver in haar hand.

“Wat kom jij hier doen?”, vroeg Mitch.

“Jullie doden”, zei ze bits.

Ze richtte het wapen op Mitch en schoot twee kogels in zijn linkerenkel. De jongen viel op de grond en bleef roerloos liggen. Mary schopte hard tegen de gewonde enkel van Mitch.

“Jij vuile rotmeid. Kom hier”, gromde Adam.

Hij vloog naar het meisje toe maar ze schoot hem in zijn rechterarm. Toen greep Cody in. Hij stormde van de trap af en liep zo Mary om ver. Ze viel hard op de grond. Adam probeerde nog het wapen af te pakken maar zag toen de revolver van Mitch liggen. Cody pakte het en gaf het aan zijn baas. Hiermee knalde Adam Mary naar de andere wereld. Ze viel dood neer bij de kast waarop gewoonlijk de riemen met de holsters lagen. Cody likte zijn baasje in het gezicht en bleef bij hem zitten. Adam viel neer tegen de muur en bestierf het bijna van de pijn. Door de revolverschoten was Hop Sing wakker geworden. Hij zag de twee gewonde Cartwrights en begreep dat er iets ernstigs gebeurd was.

“Mr Adam, Mitch, wat is gebeurd?”, vroeg de Chinese kok terwijl hij Adam behandelde.

“We werden opeens overvallen door Mary Pearson. Ze schoot mij en Mitch zomaar neer”, vertelde de oudste zoon van Ben Cartwright.

Langzaam kwam Mitch weer bij kennis en hij probeerde overeind komen. Doch dit lukte niet.

 

Terwijl Adam netjes behandeld werd door Hop Sing kwamen de andere Cartwrights thuis. Bij het betreden  van het ranchhuis merkte Ben dat er wat gebeurd was. Hij, Hoss en Little Joe zagen eerst het lijk van Mary en pas daarna hun twee gewonde familieleden.

“Joseph, ga onmiddellijk Doc halen”, zei Ben direct.

Little Joe ging meteen weer richting Virginia City. Ben en Hoss hoorden wat er gebeurd was. De rancher zat bij Mitch die er beroerd aan toe was. Cody zat er ook nog steeds. Ben probeerde het bloeden te stelpen.

“Kun je iets bewegen?”, vroeg Ben bezorgd.

“Alleen  mijn gewonde enkel niet. Het doet zo’n pijn”, zei de jongen kermend.

“Rustig maar knul”, waren de kalmerende woorden van zijn opa.

Even later keerde Little Joe weer terug op de ranch met de sheriff en de dokter. Weer vertelde Adam het hele verhaal. Paul onderzocht Mitch en haalde de kogels eruit. Hierna hechtte en verbond hij de wond.

Doc zei tegen Adam:“Mitch is ernstig gewond geraakt want zijn linkerenkel is zwaar beschadigd. Ik zal het zo goed mogelijk zetten. Maar lopen ligt niet in de planning de komende weken.”

“Het zal moeilijk zijn om hem in bed te houden maar het zal wel gaan”, antwoordde Adam.

De sheriff zei voordat hij met het lijk van Mary wegging:“Ze zijn alledrie dood dus het is weer rustig.”

“Laten we het hopen”, zei Ben die hen uitliet.

 

Hoss had intussen Mitch naar bed gebracht en hem gekalmeerd.

“Oom Hoss, is alles nu voorbij?”, vroeg de jongen.

“Ik denk van wel. Papa en opa zullen zo ook nog wel even komen kijken. Slaap lekker knul”, zei Hoss.

Hij dekte zijn neefje toe, verliet de slaapkamer en ging naar beneden.

 

Toen de rust was wedergekeerd in huize Cartwright besefte Adam pas hoeveel pijn hij had. Tegelijkertijd wist hij dat hij en Mitch op het nippertje aan een wisse dood waren ontsnapt. Hierdoor hield de oudste Cartwright jongen nog meer van het leven op de ranch.

 

Ben las het contract nog even door en gooide het daarna in het open vuur.

Hij zei tegen zijn zoons:“De Ponderosa is en blijft in handen van de Cartwrights. Dat is nu het geval en dat zal in de toekomst ook zo blijven. Ik zal even gaan kijken bij de jongste en het hem ook vertellen.”

Dat deed de rancher.

 

Nu het niet meer spookte op het kerkhof van Virginia City werd het weer rustig in de stad. Maar men zou het spook van het kerkhof en diens geheim nooit meer vergeten.

 

THE END

 

 

 

RETURN TO LIBRARY